Zijn handboogschutters minder tolerant dan andere sporters?

Motorcrossers kunnen het uitstekend vinden met wegracers, mountainbikers hebben geen enkele moeite met baanrenners, voetballers spelen zonder problemen in een veldteam en in  een (ander) zaalteam. In mijn directe omgeving zie ik dat een heleboel sporters prima functioneren en zonder problemen samen sporten met collega’s die een afwijkende vorm van sport beoefenen. 

Uit eigen ervaring en uit gesprekken met collega schutters  weet ik dat dit binnen de handboogsport duidelijk anders ligt. De laatste jaren treden er verschuivingen op binnen de sport:

  1. Het aantal free style schutters daalt bij bijna alle verenigingen
  2. Het aantal compound schutters stijgt ( in groot Bittanie schiet 85% van de leden al met dit type boog!)
  3. Mede als reactie daarop kiezen steeds meer sc hutters er voor om over te stappen naar traditioneel schieten,  binnen op  de bekende 25 meter discipline of de  buiten wedstrijden Jacht en Veld of 3D. Deze groep maakt steeds meer zijn eigen materiaal en valt daarbij terug op materialen en vormen die al vanaf het begin van het handboogschieten gebruikt worden. Niet alleen het  scoren telt maar vooral het in stand houden van de eeuwenlange traditie van het handboogschieten is het einddoel.
  4. De NHB speelt in op deze ontwikkelingen: Sinds kort mag de laatste groep op bescheiden schaal meepraten en er wordt zelfs al een klein beetje rekening mee gehouden. De compound klasse is door de NHB ondertussen volledig erkend en krijgt ruime aandacht, zoals blijkt uit de ruimte die in het bondsblad ervoor vrij gemaakt wordt.

Terug komend op  mijn inleiding meen ik te mogen constateren dat de wrevel die in verenigingen heerste toen de eerste compounds gebruikt werden ( mij werd deelname aan een wedstrijd verboden  omdat mijn compound bij het lossen te veel lawaai maakte) voor een deel verdwenen is. Voor een deel want ik constateer dat bij verenigi ngen in zuid oost Brabant door recurve schutters nog steeds neerbuigend gedaan wordt over compound bogen.

De situatie rond de groeiende groep traditionele schutters ligt echter heel anders:

  1. Het lukt de traditionele schutters niet om de anderen te overtuigen dat ze simpel gezegd liever een 5 schieten met een houten longbow met kromme houten pijlen dan een 10 met een coupound boog met een scope stabilisatoren en carbon pijlen.
  2. Traditionele schutters worden niet getolereerd, ze krijgen de kans niet om uit te leggen waarom ze voor deze vorm gekozen hebben. In de praktijk betekent dit dat je tot vervelens toe te horen krijgt dat “De visvijver buiten is”, dat er alleen met een ”Echte boog” geschoten mag worden, dat je “Als k.t houtschutter  alles kapot schiet”, en dat je buurman je gerust “”Met zijn stabilisator tegen je kop kan slaan omdat je toch  maar zo’n kl.te houtschutter bent”
  3. Het pleit voor de traditionele schutters dat ze in de meeste gevallen op een fatsoenlijke manier reageren op deze beledigingen en bedreigingen, veel verder dan een opmerking over een rolstoelboog of een circusfiets gaan de reacties nog niet.

Het zou goed zijn voor de sport als de drie soorten schutters naast elkaar zouden kunnen functioneren, de ene groep die zijn uiterste best doet om de traditionele vorm te behouden voor uitsterven naast de anderen die de techniek nog verder door ontwikkelen waardoor  nog betere prestaties  en nog hogere scores mogelijk worden.

Persoonlijk heb ik veel meer respect voor de wielrenner die op een zwarte herenfiets met dikke banden zonder versnellingen de Tour de France in 6 weken uitrijdt dan voor de moderne renner die in 3 weken op een moderne fiets met een carbonframe met 21 versnellingen dezelfde prestatie levert.

Ik vind wel dat ze er allebei moeten zijn. En dat ze allebei op hun manier hun sport moeten kunnen beoefenen.

 

 

Harry Moors